Wijzigingen in de bedrijfsopvolgingsregelingen aangekondigd

17 mei 2023

Een flinke tip van de sluier opgelicht.

Ieder jaar wordt in een Voorjaarsnota de begroting van de overheid van dat jaar bijgewerkt (meevallers en tegenvallers) en wordt vooruitgeblikt op de begrotingen voor komende jaren. De nota bevat onder andere ook aankondigingen van mogelijke belastingmaatregelen. De voorjaarsnota 2023 die op 28 april is aangeboden aan de  Tweede Kamer worden onder andere belastingmaatregelen voorgesteld met betrekking tot de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling (DSR). De Tweede Kamer wordt eind juni 2023 nader geïnformeerd over het onderzoek naar verbeteringen in de BOR en DSR, maar de aankondigingen in de Voorjaarsnota zijn al zeer concreet. Reden voor ons om deze met u te delen.

De huidige BOR

De bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) is een fiscale regeling in de Successiewet (schenk- en erfbelasting). Op verzoek kan onder bepaalde voorwaarden (een deel van) een bedrijf worden overgedragen aan de bedrijfsopvolger(s) nagenoeg vrij van schenk- of erfbelasting. Het doel van de regelingen is te voorkomen dat de continuïteit van een onderneming in gevaar komt als gevolg van de schenk- of erfbelasting die betaald moet worden bij een bedrijfsoverdracht. In 2023 is de eerste € 1.205.871 verkrijging aan ondernemingsvermogen volledig vrijgesteld, daarboven is 83% vrijgesteld.

Voorbeeld 1

Vader en moeder hebben een BV met een onderneming met een waarde van € 3.000.000. Zij wensen de aandelen in de BV te schenken aan hun zoon en dochter. Zonder vrijstellingen zouden de kinderen afgerond € 532.000 aan schenkbelasting moeten betalen. Met de vrijstelling voor de schenkbelasting zijn zij samen nog geen € 28.000 aan schenkbelasting verschuldigd.  

De huidige DSR

Naast de BOR bestaat er ook een doorschuifregeling (DSR) in de inkomstenbelasting. Wordt bij de overdracht winst gerealiseerd (stakingswinst bij een IB-onderneming of vervreemdingswinst bij een belang in een BV/NV) dan moet daarover worden afgerekend in de inkomstenbelasting. De DSR regelt dat er onder bepaalde voorwaarden geen inkomstenbelasting is verschuldigd bij de bedrijfsoverdracht.

Voorbeeld 2

Vader en moeder in voorbeeld 1 zouden bij de overdracht van de aandelen aan de kinderen zonder vrijstelling ongeveer € 800.000 aan inkomstenbelasting moeten betalen. Met de vrijstelling voor de inkomstenbelasting zijn zij samen geen inkomstenbelasting verschuldigd. De fiscaal latente claim op de aandelen wordt doorgeschoven naar de kinderen. De kinderen rekenen pas met de fiscus af op het moment dat zij de waarde van de aandelen in privé realiseren.   

Voordeel BOR en DSR

Zowel de BOR als de DSR hebben als doel om te voorkomen dat reële bedrijfsopvolgingen geen doorgang kunnen vinden als gevolg van de verschuldigde belasting. Daarom zijn de BOR en de DSR alleen van toepassing op ondernemingsvermogen. Beleggingsvermogen dat (mede) wordt overgedragen valt niet onder de vrijstelling met uitzondering van een doelmatigheidsmarge van 5% van het ondernemingsvermogen. Dat deel wordt nog aangemerkt als ondernemingsvermogen en valt voor dat deel onder de BOR en de DSR.

Welke wijzigingen worden voorgesteld in de Voorjaarsnota?

De wijzigingen die worden voorgesteld zijn gebaseerd op een evaluatie van de doelmatigheid en de uitvoerbaarheid van de BOR en de DSR. Ook wil het kabinet met deze maatregelen mogelijke knelpunten wegnemen. Het streven is om de wijzigingen in te laten gaan met ingang van het jaar 2025.

Aanpassing vrijstelling

De vrijstelling in de BOR wordt aangepast. De eerste € 1.500.000 aan ondernemingsvermogen is volledig vrijgesteld in plaats van de huidige (afgerond) € 1.200.000. Dat is dus een verruiming van de 100% vrijstelling dat met name ten goede komt aan overdrachten in het ‘kleinbedrijf’. Daar staat tegenover dat een verkrijging boven de € 1.200.000 nog maar voor 70% is vrijgesteld in plaats van nu 83%. Voor grotere bedrijfsopvolgingen is dit dus een achteruitgang van 13% vrijstelling.

Voorbeeld 3 (ter vergelijking)

De kinderen in voorbeeld 1 zijn onder de huidige BOR afgerond € 28.000 aan schenkbelasting verschuldigd. Onder de nieuwe BOR zou dat afgerond € 54.000 worden[1]

Afschaffing doelmatigheidsmarge

De doelmatigheidsmarge van 5% wordt afgeschaft. Dit betekent dat beleggingsvermogen niet langer voor 5% van het ondernemingsvermogen wordt meegenomen in de vrijstelling maar volledig buiten de vrijstelling gaat vallen. Deze inperking van de faciliteit zal naar verwachting tot nog meer discussies met de Belastingdienst leiden over de vraag in hoeverre sprake is van beleggingsvermogen.

Vastgoed verhuurd aan derden wordt uitgezonderd van de vrijstelling

Een beroep op de vrijstelling bij overdracht van vastgoed dat wordt verhuurd aan derden wordt standaard aangemerkt als beleggingsvermogen en valt dus niet langer onder de vrijstelling. Op dit moment is er veel discussie met de Belastingdienst over de vraag in hoeverre het exploiteren van een vastgoedportefeuille ook een onderneming kan vormen. Na deze aanpassing is dat dus nooit meer het geval. Deze wijziging gaat overigens al in per 2024.

Bedrijfsmiddelen met een gemengd zakelijk en privé karakter

Bedrijfsmiddelen die zowel voor de onderneming als voor privé worden gebruikt, kwalificeren straks alleen nog maar voor de BOR en de DSR voor het gedeelte dat ze daadwerkelijk binnen de onderneming gebruikt worden.

Toegang beperkt tot minimaal belang van 5%

Wordt de onderneming gedreven in een BV/NV[2] dan bestaat onder bepaalde voorwaarden recht op de vrijstelling bij overdracht van de aandelen als die aandelen aangemerkt worden als een aanmerkelijk belang. Normaliter moet het (aandelen)belang minimaal 5% zijn om als een aanmerkelijk belang aangemerkt te worden. Maar ook belangen van minder dan 5% kunnen op grond van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 onder bepaalde voorwaarden aangemerkt worden als een aanmerkelijk belang. Voorgesteld wordt de toegang tot de BOR en de DSR te beperken tot reguliere aandelen met een minimaal belang van 5%. Dit betekent dat niet langer elk aanmerkelijk belang, hoe klein ook, in aanmerking komt voor de BOR en de DSR, maar enkel bij een belang van minimaal 5%. Er gelden twee belangrijke uitzonderingen: Preferente aandelen die in het kader van een gefaseerde bedrijfsopvolging zijn uitgegeven houden toegang tot de vrijstellingen in BOR en de DSR. En ook aandelen die onder de zogenoemde verwateringsregeling vallen blijven toegang houden tot de vrijstellingen.

Aanpassing bezits- en voortzettingseis, afschaffing dienstbetrekkingseis

Om in aanmerking te komen voor de BOR en de DSR gelden een bezits- en voortzettingseis. In het kort houdt dit in dat de schenker c.q. erflater de onderneming minimaal 5 jaar voor de schenking c.q. het overlijden moet bezitten en de verkrijger deze onderneming minimaal 5 jaar na de verkrijging moet voortzetten. Deze termijnen worden in bepaalde gevallen versoepeld of worden juist aangescherpt om misbruik te voorkomen. Hoe dat er exact uit gaat zien is nu nog onduidelijk. Verder wordt aangekondigd dat de eis dat bij schenking de verkrijger minimaal 3 jaar in dienst moet zijn bij de onderneming, afgeschaft.

Bereid u tijdig voor!

De voorgestelde aanpassingen worden eind juni 2023 aan de Tweede Kamer voorgesteld. De aankondiging in de Voorjaarsnota is dus slechts een tipje van de sluier die opgelicht wordt, maar wat ons betreft wel een flinke tip. Het zal nog wel tot Prinsjesdag duren voordat de details bekend worden. Wij houden u uiteraard op de hoogte. Hoewel de verwachting is dat de wijzigingen pas per 2025 ingaan is onze ervaring dat dergelijke ‘opvolgingstrajecten’ enige tijd in beslag nemen om voor te bereiden en uit te voeren. Overleg daarom tijdig met uw adviseur welke voorbereidingen in uw geval nodig zijn om de bedrijfsoverdracht vóór 2025 te kunnen realiseren. Laat u vooral niet verrassen door de minister die op Prinsjesdag toch nog een of andere konijn uit zijn koffertje tovert waardoor de wijzigingen misschien al ingaan per 2024. Een gewaarschuwd mens telt voor twee!

[1] Er van uitgaande dat het tarief, de tariefschijven en de jaarlijkse vrijstelling niet wijzigingen

[2] Voor een Coöperatie, open commanditaire vennootschap of open fonds voor gemene rekening gelden dezelfde regels.

Deel dit artikel


Wil jij op de hoogte worden gehouden met interessante updates waar je echt iets aan hebt?
Schrijf je dan hier in.




Alle Nieuws